Van levensbelang waren ze. En daarom moest ieder buurtje van Milaan er zelf wel eentje hebben. Want alleen bij een 'torrefazione' die zelf zijn koffiebonen selecteert en brandt, zijn ideale ‘blend’ maakt, ze fijnmaalt voor je neus en hoe je zelf wenst, krijg je de koffie zoals die bedoeld is.

Maar tijden veranderen. Grote koffiemerken beheersen de markt, en daarnaast zijn er de huismerken van de supermarkten. Nog maar weinigen lopen een blokje verder, om bij de speciaalzaak de koffie in te slaan. Bij de torrefazione. Milaan telt er nog maar een stuk of tien. En maar een enkeling brandt de koffie ook echt achter in de zaak.

Toch is het koffie kopen net zoiets als wijn kopen. Bij de supermarkt is het aanbod wellicht ok en heb je snel je flesje naast de melk en boter in je winkelwagen. Maar je hoeft maar een heel klein beetje meer belangstelling te hebben voor wijn om het aanbod bij de supermarkt te laten voor wat het is en bij de wijnhandelaar te gaan kijken. Vaak voor hetzelfde geld of weinig meer krijg je iets dat stukken beter is. Geholpen door iemand die er meer van weet dan jij. En je dus beter laat kiezen. Je er goed bij laat voelen. Meer laat genieten.

Nog nooit had ik nagedacht over welke van de zeker tachtig Arabica bonen nu eigenlijk het beste bij me past. Of dat ik liever één type boon heb (een soort single malt zeg maar om in slijtertermen te blijven) of dat een fijne ‘blend’ van bijvoorbeeld acht verschillende Arabica bonen. Liever uit Ethiopië, Jemen, Zuid Amerika of Jamaica? Hoe wilt u het gemalen hebben? Ik had –groot geworden met Douwe Egberts snelfilter en vervolgens aan de pads en cups, werkelijk geen idee. Maar weet wel dat koffie nooit meer hetzelfde zal zijn.

Bij de torrefazione Hodeidah in Milaan dompelde ik me laatst eens in de wereld van de koffiebonen. En schrok me rot. Ik meende te weten dat een bus met Illy koffie al best duur was. Maar bij Hodeidah, sinds 1946 en vernoemd naar een koffiehaven in Jemen, wordt ook koffie van 80 euro per kilo verkocht. En van 160 euro. En van 500 euro.  Een kopje espresso kost er aan de bar gewoon een euro. Maar ze serveren ze ook voor vijf euro. Per kopje. Gewoon staand aan de bar terwijl achter in de zaak eens in de twee weken wordt gebrand.

Wat je dan krijgt zijn de Barolo onder de koffiesoorten. En ik moet toegeven. De afdronk van een kopje Mocha Matari, 100% Arabica uit Jemen had iets machtigs, iets van trots, iets koninklijks. Koffie waarvan ik niet wist dat die bestond. Koffie voor een speciale gelegenheid. Koffie die naar meer smaakt. Eindelijk.